
Laat die maatschappelijk werker maar thuis.
Terwijl ik deze blog schrijf zit mijn vakantieperiode er, helaas, alweer op. Deze zomervakantie stond in het teken van kamperen met de caravan. Sommigen haken misschien nu al af omdat ze de overtuiging hebben: kamperen doe je met een tent en anders niet. Maar na een aantal jaren te hebben gemarteld met tentstokken, haringen die niet meewerken en lekke luchtbedden hadden wij nu de luxe om te kiezen voor een vakantie met de caravan.
Normandië was dit jaar de bestemming: wel naar het buitenland maar niet te ver weg omdat je maar nooit weet hoe het allemaal gaat met auto en caravan. Eenmaal aangekomen op de camping, kwam de regen met bakken uit de lucht. Dat had het waarschijnlijk al meerdere dagen gedaan, want het kampeerveld was zo van regen doordrenkt dat je zou willen dat je je regenlaarzen mee had genomen. Na wat duw- en trekwerk en een helpende hand van de Duitse buurman, stond de caravan op de plek. Oh ja, voor de nieuwsgierige lezer, na deze regen kwam ook zeker zonneschijn!
Eenmaal gesetteld keek ik wat om mij heen en vraag aan mijn partner (ook werkende in zorg): “hoe zou dat zitten met die buren naast ons?” Zij leest de hele middag al in een boek en hij kijkt Netflix, ze hebben niet echt een goed gesprek. Ik ben dan zo benieuwd hoe dat thuis gaat. STOP, zeg ik tegen mezelf 'je hebt vakantie'. De volgende ochtend als ik geniet van mijn Franse croissant horen we dat de buren tegenover ons ruzie maken. In het Frans. We spreken beide geen frans maar voelen aan alles dat dit niet gezellig is. Ik zeg tegen mijn partner: 'Zouden ze in de gaten hebben dat ze op een camping staan? Dus dat iedereen ze hoort?' Mijn partner zegt: 'Waarschijnlijk doen ze dit thuis ook zo, kunnen nog wel wat leren rondom communicatie.' Opnieuw zeggen we tegen elkaar: STOP! We hebben vakantie, zijn niet aan het werk. “
Als ik 's avonds de afwas sta te doen in het gezamenlijke gebouw, begint de afwasbuurman een heel verhaal. Hij is gescheiden en dit jaar voor het eerst met zijn twee kinderen alleen op vakantie. Het is wel pittig allemaal. Ik knik en hum blijkbaar wat, want de afwasbuurman voelt zich aangemoedigd om verder te vertellen. Als mijn afwasje klaar is en ik weer richting caravan loop, vertel ik mijn partner welk verhaal ik zojuist heb gehoord. Ze vraagt mij waarom ik hem daarover vragen ging stellen, terwijl ik aan de afwas was. 'Ik weet het ook niet zo goed, volgens mij ging het vanzelf en heb ik misschien iets te veel gehumd.. ' Is het enige antwoord wat ik kan geven. Goed, vanaf dan neem ik mezelf voor dat ik alleen de nodige gesprekjes voer zoals 'goedemorgen' en 'goedenavond' en verder ben ik vooral op vakantie. Het is bijzonder hoe dat werkt, dat je ook op vakantie je werk en de professional meeneemt. Tegelijk ook weer mooi, want ik kan mijn werk niet doen zonder mezelf te zijn. Ik vraag mij af of een loodgieter in het campingtoiletgebouw ook automatisch op zijn knietjes gaat om te checken hoe de afvoer is geregeld.
Sarah Kruider, Maatschappelijk Werker De Kern