
De dakloze man bij het winkelcentrum
Ik zie je nog zo zitten. Op twee matrassen, bij het winkelcentrum. Er staat een boodschappenmandje naast met brood, sap en appels. Veel bezoekers van het winkelcentrum steken je wat extra’s toe.
Ik denk dat veel mensen zich jou ook zo zullen herinneren, als de dakloze man bij het winkelcentrum.
Afgelopen jaren hebben wij als levensloopteam geprobeerd om jou in beweging te krijgen. Weg van het straatleven. Na jaren gevangenis in en uit en opnames in klinieken had jij geen vertrouwen meer in de hulpverlening. Op straat kon je tenminste je eigen gang gaan. Tot op zekere hoogte. Door je gedrag kreeg je regelmatig een gebiedsverbod opgelegd, waardoor je moest verkassen. Je vertrok dan naar een ander straatje, een andere hoek of een ander winkelcentrum. Zo kwam je op verschillende plekken in de stad. Heel bijzonder was, dat je altijd mensen om je heen kon verzamelen die voor je zorgden. Mensen kwamen jou eten brengen, je mocht bij hen douchen of je kreeg andere kleding.
Ik kan me herinneren dat we probeerden om je naar de huisarts te krijgen, omdat je er lichamelijk nogal slecht aan toe was. Door al het middelengebruik had je veel lichamelijke klachten. Je weigerde naar de huisarts te gaan en je spullen achter te laten. Zelfs als we aanboden je spullen onder te brengen, wilde je niet mee. Je spullen achterlaten was te ingrijpend voor jou. Ook met het veilig stellen van je spullen, wilde je niet meewerken. Een bezoek aan de huisarts is er nooit van gekomen. Als een koning die geen afstand kan doen van zijn troon. Dakloos, eigenwijs en tevreden met zijn lot.
Met hulp van een curator hebben we je uiteindelijk bij een woonproject gekregen waar jij je eigen huisje had. De eerste week heb je hier steevast buiten geslapen, op de veranda. Binnen vond jij het veel te warm. Op deze plek mocht jij jezelf zijn, mocht je middelen gebruiken en had je een dak boven je hoofd. Toen je eenmaal gewend was, kon je ook genieten van je huisje en het contact met de begeleiding en de andere bewoners.
Uiteindelijk ging het niet meer. Het straatleven en de verslaving hebben je lichaam uitgeput en kapot gemaakt. Toen je erg achteruit ging hebben we samen met de begeleiding en de thuiszorg geprobeerd om de laatste dagen draaglijk te maken.
Toen voor jou duidelijk was dat het einde naderde, heb je jezelf eraan overgegeven en ben je rustig ingeslapen.
Het was bijzonder om te horen dat er op de afscheidsdienst zoveel betrokkenen waren. Blijkbaar heb je op hen ook een onuitwisbare indruk achtergelaten.
In memoriam. H.G.O.